“Verkeerslessen schieten tekort”

Verkeerslessen schieten tekort

“De verkeerslessen die jongeren krijgen op de basisschool zijn niet effectief genoeg. Zo dreigen jongeren tussen de 10 en 17 jaar onveilige keuzes te maken in het verkeer. Dat staat in een onderzoek van gedragswetenschapper Divera Twisk van Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV).”

Bovenstaande was te lezen in een nieuwsbericht van de NOS van begin september 2014

Het NOS artikel en andere nieuwsberichten over dit onderzoek geven wel hele summiere samenvatting. Zoals vaak in de media levert dat een eenzijdig beeld op en wordt het nut van verkeersles op school ten onrechte in twijfel getrokken. Het hele promotieonderzoek is te lezen op http://pub.maastrichtuniversity.nl/bb2e6fe5-7066-4e84-b5e3-9e7c55e956e2

In de nieuwsberichten hoor/lees ik globaal vier conclusies:

Ouders gaan er ten onrechte van uit dat hun kinderen complexe verkeerssituaties aankunnen
Het is belangrijk dat verkeerseducatie op school en de verkeersopvoeding thuis op elkaar worden afgestemd. De tijd op school is onvoldoende voor gedegen verkeersonderwijs. En niet alle ouders zijn zich voldoende bewust van hun rol als verkeersopvoeder. De ouders die met hun kind voorop de fiets door rood rijden zijn daar een goed voorbeeld van. Door als school te communiceren wat er in de klas geoefend is, kunnen ouders hier thuis mee verder gaan. Duidelijke communicatie voorkomt dergelijke onterechte aannames van ouders.

Educatieprogramma’s moeten zich meer richten op oefenen in de praktijk
Deze stelling kan ik alleen maar onderschrijven. School op Seef kent met ‘Verkeerskunsten’ een hele eigen praktische verkeerslijn. Ook andere verkeersmethoden kennen praktijklessen. Hulp van (verkeers)ouders is bij de praktijklessen onmisbaar. Dit geeft gelijk weer nieuwe mogelijkheden om ouders bij de verkeerseducatie op school te betrekken. Enkele leerkrachten ervaren de praktijklessen wel als belasting op het drukke onderwijsprogramma. Het combineren van praktijklessen met bijvoorbeeld een fietstocht naar het museum of een wandeling naar de bibliotheek kan dan uitkomst bieden. Verkeer is een doe-vak.

Het wel leren van verkeersgedrag, maar niet kunnen toepassen
Verkeerslessen bieden een basiskennis aan. Geleerde kennis toepassen en verbeteren is een kwestie van ervaring opdoen. Helaas betekent dat, dat kinderen in voorkomende situaties niet gelijk zullen handelen zoals ze geleerd hebben. Door de kennis die ze opgedaan hebben tijdens de les zullen ze hopelijk in de situatie wel bedenken dat ze misschien beter anders hadden kunnen handelen. Reflectie door bijvoorbeeld een ouder is daarbij een goed hulpmiddel. Een ontruimingsoefening doe je ook niet eenmalig, maar door herhaling gaat de oefening meer gestructureerd en wordt het een automatisme. Helaas is er voor verkeerseducatie te weinig tijd om deze herhaalde oefening voldoende op school plaats te laten vinden en zal er in de praktijk door anderen met leerlingen op hun gedrag gereflecteerd moeten worden.

Verkeersprogramma’s worden niet getoetst op effectiviteit
Het is in mijn optiek heel lastig om te meten wat de effectiviteit van verkeerseducatie is. Een directie relatie tussen verkeersonderwijs en het aantal verkeersslachtoffers is niet of moeilijk te leggen. Het laten invullen van lijstjes door leerlingen geeft volgens mij ook geen goed beeld.
Kinderen in deze leeftijd blijven een mate van roekeloosheid hebben. Toch denk ik dat goed verkeersonderwijs, met name in de praktijk, een goede basiskennis kan vormen. Verkeer is een leven lang leren, de basiskennis die in het basisonderwijs en eventueel voortgezet onderwijs wordt opgedaan levert daar een belangrijke bijdrage aan. Deze effecten zijn niet altijd op korte termijn zichtbaar.

De leeftijdscategorie waarover wordt gesproken, 10-17 jaar, reikt verder dan het basisonderwijs. In het basisonderwijs is verkeer een verplicht vak, in het voortgezet onderwijs helaas niet meer. Toch zijn er scholen voor het Voortgezet Onderwijs die wel aandacht aan de verkeersveiligheid van hun leerlingen besteden. Zo zijn er modules van het programma TotallyTraffic waarin met leerlingen wordt stilgestaan bij het gebruik van de mobiele telefoon tijdens het fietsen. In de module ‘Voortgezet Fietsvaardig’ gebeurd dit door leerlingen met een mobiele telefoon een parcours te laten fietsen en hierop met hen te reflecteren.

Bronnen:

 

4 gedachtes over ““Verkeerslessen schieten tekort””

  1. Ronald, een prima commentaar, met de nodige tips!
    Hopelijk zijn de resultaten van het onderzoek van D. Twisk de start van een nog betere kijk op de diverse verkeerseducatieprogramma’s

  2. Naar aanleiding van het bovenstaande, stel ik voor het volgende verkeerseducatieplan voor het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs op te zetten:
    a) Basisonderwijs: de leerlingen krijgen praktische fietslessen op het schoolplein (bijvoorbeeld: het verkeerslessenprogramma “Verkeerskunsten – SCHOOL op SEEF”)
    b) Voortgezet onderwijs: de leerlingen krijgen praktische fietslessen op straat (volgens Engelse methode, bijvoorbeeld: Cycle Training UK) en vanaf 16,5 jaar krijgen de leerlingen autorijlessen (voertuigbeheersing) in parcours (parkeerplaatsen en afgesloten wegen). Na het behalen van CBR-theorie-examen en het voldoende beheersing van het voertuig wordt de leerling doorverwezen naar een rijschool in haar/zijn buurt. Ouders van leerlingen die een rijbewijs willen behalen, krijgen een cursus om hun kinderen met rijbewijs te begeleiden (zie bijvoorbeeld het boek: Not So Fast – Parenting Your Teen Through the Danger of Driving van T. Hollister, 2013). Naast fiets- en autorijlessen, krijgen leerlingen navigatie (gps, kaarten en kompas)- en stressreductietraining (zoals Mindfulness). De stressreductietraining wordt gebruikt tijdens drukke verkeer en het verbeteren van de verkeersveiligheid (zie bijvoorbeeld het artikel: Improving attention and emotional regulation skills in driver education with mindfulness concepts and practices van D. Jackson, 2009). Personen met een (bijstand)uitkering worden opgeleid tot fietsdocent (Fietsersbond), navigatietrainer en/of stressreductietrainer (zie bijvoorbeeld: de participatiewet – het doel van de participatiewet is om meer mensen, ook mensen met een arbeidsbeperking, aan de slag te krijgen). De autorijlessen worden door (beginnende) bevoegde rijinstructeurs gegeven.

  3. Gus, Prima idee. Nu nog zorgen voor voldoende ‘draagvlak ‘in de samenleving en politiek. Het wordt hoog tijd dat er meer samengewerkt wordt tussen verschillende organisaties en instanties.
    Wellicht kan e.e.a. uitgewerkt worden voor het komende verkeerseducatiecongres in het voorjaar 2016. Dit wordt 2-jaarlijks gehouden.
    Zie: http://nvvc-congres.nl/sessies

    Veel succes!!

  4. Best Jan, het bovenstaande verkeerseducatieplan voor het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs heeft weinig kans om te slagen. Ik heb wel positieve reacties gekregen over dit plan, maar niemand wilt meewerken aan dit plan behalve de coach-specialist de heer Lauk Woltring (hij is bekend door zijn bijdrage aan het EU HERMES-project). Toch ben ik niet stilgezeten door deze negatieve uitslag. Misschien heeft het volgende verkeerseducatieplan een betere kans om te slagen:
    het betreft een verkeerseducatieplan voor het voortgezet onderwijs. In dit verkeerseducatieplan wordt fiets-en autorijlessen gecombineerd met gebruikmaken van de fietservaring uit Groot Brittannië (Bikeability – link: https://bikeability.org.uk/ ), de verkeerstheorietraining uit België (Rijbewijs op School – link: http://www.vsv.be/verkeer-op-school/secundair-onderwijs/rijbewijs-op-school ) en 2toDrive (link: http://www.2todrive.nl/jongeren/home/ ) uit Nederland. Het verkeerseducatieplan voor het voortgezet onderwijs bestaat uit: a) Praktische fietslessen in combinatie met navigatie training (kompas, kaart en gps). b) Verkeerstheorielessen met de mogelijkheid om het CBR-verkeerstheorie-examens te behalen om mee te doen aan 2toDrive. c) Praktische autorijlessen (opfriscursus), verkeerstheorielessen (opfriscursus) en leren om te coachen (optioneel) voor ouders (tijdens 2toDrive, coachen/begeleiden de ouders zijn/haar kind). Aan het einde van dit verkeerseducatieplan, zullen de jongeren in staat zijn om veilig te fietsen en auto te rijden. Misschien, zullen de jongeren tijdens hun vakantie hun fiets meenemen (achter de auto, door gebruik te maken van een fietsdrager) om fietstochten maken in andere landen.

Reageren niet meer mogelijk.