Zien en gezien worden – leerlingen

Alles over zien en gezien worden

Het is belangrijk om goed om te vallen in het verkeer, niet alleen wanneer je fiets, waar ook wanneer je loopt.
Misschien kun jij alles nog wel duidelijk zien, dat wil niet zeggen dat andere weggebruikers jou ook goed zien.

Lopend

Ook wanneer je loopt is het belangrijk goed op te vallen in het verkeer, zeker wanneer je bijvoorbeeld gaat oversteken of wanneer er geen stoep is en je op het fietspad of de weg moet lopen.

Opvallen doe je bijvoorbeeld door licht kleding te dragen. Een gele jas valt veel meer op dan een zwarte. Reflecterende strepen op je jas of rugtas kaatsen het licht van de auto’s terug waardoor automobilisten je goed zien. Je kunt ook speciale reflecterende banden bij de fietswinkel kopen die je om je armen of benen kunt doen. Wanneer je reflecterende strepen bij je enkels doet bewegen deze tijdens het lopen, hierdoor vallen ze nog beter op. Wil je helemaal opvallen, draag dan zo’n geel hesje met reflecterende strepen!

Wanneer je op het fietspad of de weg moet lopen omdat er geen stoep is, zorg dan dat je aan de kant loopt waar de lantaarnpalen staan.

Laat jij ’s avonds de hond uit? Doe dan zo’n los fietslampje aan zijn riem.

Op de fiets

Wanneer je fietst gelden de tips die hierboven staan natuurlijk ook. Maar daarnaast ben je ook verplicht om reflectoren op je fiets te hebben en licht wanneer het zicht slecht is (donker of slecht weer).

Zet jouw fietslicht in ieder geval aan als:

  • de straatverlichting aangaat;
  • andere fietsers het licht aanhebben;
  • het erg slecht weer is (harde regen of mist)
  • de etalageverlichting gaat branden.

Fietsverlichting

Goede verlichting op een fiets is belangrijk. Om te zien, maar nog veel meer om gezien te worden. Als je een keer buiten loopt of bij iemand in de auto zit als het donker is moet je maar eens opletten hoe moeilijk je onverlichte fietsers kunt zien, zeker tussen al die felle koplampen van auto’s. Daarom moet een fiets niet alleen voorzien zijn van verlichting, maar ook van reflectoren.

Als het donker is moeten de volgende dingen op je fiets zitten:

Vanaf 1 november 2008 mag de fietsverlichting ook op de borst of de rug van de bestuurder worden bevestigd (tot deze datum moest de verlichting echt aan de fiets bevestigd zijn). Hier vind je regels & tips voor losse lampjes.

Meer informatie over de verschillende soorten verlichting en de voor- en nadelen vind je hier.

Om extra goed zichtbaar te zijn kun je nog een witte voorreflector op je fiets zetten of oranje reflectoren tussen je spaken.

Je zet je licht niet alleen aan als het donker is, maar ook overdag wanneer er slecht zicht is door bijvoorbeeld mist.

Ook in de herfst en winter moet je er goed op letten dat je zichtbaar bent. Op zo’n mooie heldere winterdag bijvoorbeeld staat de zon laag boven de horizon en kan daardoor heel verblindend zijn. Regelmatig zien automobilisten andere verkeersdeelnemers niet omdat ze verblind worden. Bij dit weer is het ook raadzaam een zonnebril te dragen. Heb je de zon in je rug dan kun je echt genieten van dit weer en zie je alles super goed. Maar de mensen die je tegemoet rijden kijken wel recht in de laagstaande zon en kunnen jou haast niet zien. Let dan dus extra goed op of jij wel gezien wordt.

Is je licht kapot, dan kun je deze gemakkelijk zelf repareren. Hier vind je wat tips.

 

 
Hoeveel fietsers zie jij op deze foto?