Gebruik de schoolomgeving

Gebruik de schoolomgeving

Soms hoor ik van leerkrachten dat het geven van praktische verkeerslessen op het schoolplein veel voorbereiding vergt door het klaarzetten van de materialen. Dit moeten doen terwijl je de verantwoordelijkheid hebt over 25 leerlingen stuit op begrijpelijke bezwaren.

Mijn eerste suggestie is dan om ouders het parcours te laten klaarzetten. Kopieer de les met het parcours en geef deze – bij voorkeur al enkele dagen voor de les – aan de ouders. Deze ouders kunnen dan ook helpen bij de les. Natuurlijk helemaal mooi als er op school een aantal verkeersouders is dat deze taak vast op zich neemt voor meerdere klassen. Zij krijgen zo meer ervaring en handigheid in het klaarzetten van de parcoursen.

Is dat geen optie, is het plein niet geschikt voor de fietslessen of zijn de leerlingen toe aan extra uitdagingen of herkenbare verkeerssituaties, dan ligt er rond de school vaak een scala aan mogelijkheden.

In de schoolomgeving zijn verkeerssituaties die leerlingen dagelijks tegenkomen. Deze situaties zijn dus ideaal om met de leerlingen te oefenen. Een wijkwandeling waarin met de kleuters oversteeksituaties worden geoefend. Met de middenbouw kijken naar verkeersborden of verkeerssituaties in de vorm van een speurtocht. Educatieve fietsroutes door de schoolomgeving.

Een tijdje terug was ik op een school waarvan de leerlingen altijd op de fiets naar de gymzaal moeten. Er kon uit verschillende routes worden gekozen. De leerkracht liet iedere keer twee andere leerlingen voorop fietsen en deze mochten de route bepalen. Daardoor moest de rest van de groep goed blijven opletten. Onderweg werd opgelet of de leerlingen wel over hun schouder kijken en hun hand uitstaken, de bochten wel goed namen en goed in de groep fietsten. Een enkele keer stonden er ouders langs de route om te beoordelen hoe de leerlingen het deden.

Maar ook kun je gebruik maken van wegen en kruispunten in de schoolomgeving. Bij een rustig kruispunt kunt u met de hele klas oefenen. Bij drukkere kruispunt kunt u beter met kleine groepjes oefenen.

Hierbij een voorbeeld van een les op een T-splitsing:

Verdeel de klas in drie groepen.
Laat de groepjes een aardig eind de drie straten van de t-splitsing ingaan en zich opstellen bij a, b en c. Zelf blijft op het kruispunt staan.
Met een fluitje geeft u aan wanneer de eerste leerlingen mogen gaan fietsen. Vanaf alle drie de punten fietst dan een leerling weg.
Fluit u 1 keer dan moeten de leerlingen als ze bij het kruispunt aankomen linksaf. Fluit u 2 keer dan moeten de leerlingen rechtsaf. Als een leerling die kant niet op kan (het is immers een t-splitsing) dan fietst hij of zij rechtdoor.
Vaardigheden die u hierbij kunt oefenen:

* Over de schouder kijken en richting aangeven,
* Ruime en krappe bocht maken,

* De voorrangsregels “verkeer van rechts” en “rechtdoor op dezelfde weg”

Laat eventueel een leerling bij het kruispunt oversteken. Wanneer en voor wie heeft deze voetganger voorrang?
Hierna sluiten de leerlingen aan bij het groepje waar ze zijn aangekomen.

Kruispunt